Vaak wordt de voedingswaarde van insecten in twijfel gesteld. Meestal is dit uit onwetendheid of wordt het zo beweerd door verkopers van voedingsadditieven. Het hoeft echter geen betoog als je ziet hoe in de natuur iedere vogel, zowel zaad- als insecteneters, insecten voedert aan hun jongen. In amper drie weken zijn de kleintjes klaar om het nest te verlaten. Insecten zijn een combinatie van vocht en talloze voedingselementen. Het is de flesvoeding voor vogels in het nest. Niettemin kan je het kweken van vogels in gevangenschap niet helemaal vergelijken met kweken in de natuur. De keuze uit verschillende soorten insecten, samen met het aanbod van groenvoer, mineralen en zaden in de natuur kan men in de volière niet evenaren, maar men kan er wel naar streven. De sleutel tot succes met vogels is dus een gevarieerde voeding met insecten, zaden, kiemzaden, kruiden, paté, eivoer, mineraal grit en eventueel ook in beperkte mate wat voedingsadditieven zoals vitamines en mineralen.

Insecten zijn een belangrijke voedselbron voor zowel dieren als mensen, en voor deze reden zijn er verschillende voedingswaarde rapporten te vinden in artikels in verschillende disciplines, variërend van antropologie tot zoölogie. Er is bijvoorbeeld bewijs op muurschilderijen in archeologische sites dat de mens duizenden jaren terug reeds materiaal gebruikte om termieten uit hun heuvels te halen als voedsel. Terwijl insecten nu zeer weinig gegeten worden in de Westerse gemeenschappen, zijn ze in de rest van de wereld een belangrijk deel van de dagelijkse voeding en worden vele aanzien als een delicatesse. Het assortiment insecten dat door de mens gegeten wordt is zeer groot, maar de meeste voedingsanalyses gaan over vlinderlarven (Lepidoptera), keverlarven (Coleoptera), sprinkhanen (Orthoptera) en termieten (Isoptera), ook zijn er analyses beschikbaar van insecten die gekweekt worden als diervoeder.

De analyses werden uitgevoerd op rauwe volledige insecten en komen uit verschillende wetenschappelijke werken en voedingstabellen.

Bespreking :

Insecten bevatten tussen 57 en 75 % water, deze met laag vochtgehalte bevatten dan meestal een hoog vetgehalte. Het eiwitgehalte kan variëren tussen 14 % en 24 %. Het vetgehalte loopt ook sterk uiteen naargelang het insect, termieten bijvoorbeeld slechts 0,6 % en wasmotlarven tot 23,7 %. Meestal bevatten vrouwelijke insecten meer vet dan mannetjes.

Insecten bevatten zoals verwacht slechts kleine hoeveelheden ruwe as, omdat ze geen intern kalkskelet hebben zoals de gewervelden. Het vezelgehalte kan zeer sterk verschillen bij insecten, zachte insecten bevatten merkelijk minder vezels dan harde insecten zoals kevers.

Men kan dus besluiten dat er geen gelijklopende analyse voor insecten is. De enorme verscheidenheid in soorten, de omgeving waar ze in leven en ook nog eens de verschillende stadia, maakt dat vogels in de natuur een uitgebreid keuzemenu voorgeschoteld krijgen. In de analyse van mensenvoeding, fruit, groeten, melk, vis en vlees is ook een groot verschil in samenstelling vast te stellen.